Virtual Machine Manager integreren en oplossen

Inleiding

Dit document biedt een controlelijst op hoog niveau voor het instellen van de integratie Virtual Machine Manager (VM) en wordt vervolgens gevolgd door een aantal gebruikelijke fouten/fouten en tekortkomingen om naar te zoeken. Het omvat ook extra opdrachten die gebruikt worden om problemen op te lossen die vaak met het VM-domein verband houden.

Overzicht

VM-integratie maakt het mogelijk een VM (vCenter, SCVM, enzovoort) te koppelen aan Application Centric Infrastructure (ACI), zodat beleid beschikbaar kan worden gemaakt voor virtuele machines op dezelfde manier als blote metalen. ACI ondersteunt meerdere VM domeinen die geconfigureerd moeten worden, wat een mix van hypervisors managers kan zijn. Bij First Customer Ship only vCenter wordt ondersteund, maar verwacht dat HyperV en andere hypervisors niet lang daarna worden toegevoegd.

Eindpuntgroepen (EPG's) worden op dezelfde wijze gebruikt bij virtuele machines als bij met niet-metalen servers. Het enige verschil is dat u met lege metalen eindpunten normaal gesproken een EPG statisch bindt aan een blad/interface, terwijl u met virtuele machines het VM-domein aan de EPG bindt. Hiermee kan de Application Policy Infrastructure Controller (APIC) een gedistribueerde virtuele switch (DVS) creëren binnen vCenter waaraan hosts kunnen worden toegevoegd. Zodra de hypervisors (ESX) aan de DVS zijn toegevoegd, wordt de EPG beschikbaar voor de virtuele machines als netwerkverbinding (ook bekend als Port Group).

In deze afbeelding wordt de ACI EPG in vCenter weergegeven als een poortgroep voor virtuele machines.

VM-integratieconfiguratie

Er zijn een aantal stappen vereist wanneer u VM integratie vormt. Een gemiste stap zal ertoe leiden dat de configuratie die niet op vCenter of VM's wordt toegepast, het verkeer door de stof kan laten passeren. De stappen op hoog niveau worden weergegeven met een verklaring over wat elke stap mogelijk maakt. Zie de configuratiehandleidingen en/of de training van NPI voor meer informatie en procedures.

Procedure op hoog niveau

De noodzakelijke taken zijn:

• De huurder maken
• Het bridge-domein (BD) maken
• Adequate IP-subnetten aan de BD toewijzen
• Een gekoppelde Attachable Entiteit Profile (AEP) maken
• Het switchprofiel maken
• De interfacebeleidsgroep maken
• Interfaceprofiel maken

VM-specifieke taken

1. Maak het vCenter-domein.

   VM Network > VM Provider VMware > VMware maken

   Hier vormt u het logische VM-domein dat de bepalende vCenter Credentials bevat, de vCenter Host details en bindt ze vervolgens samen. U maakt/wijst ook de VLAN-pool aan die door dit VM-domein wordt gebruikt. In de VLAN-pool moeten alle VLAN’s worden opgenomen die uw VMs gebruiken. De laatste stap is om dit VM Domain aan AEP toe te wijzen dat eerder gecreëerd werd. Het AEP had in het verleden moeten zijn gekoppeld aan respectievelijk de interfacebeleidsgroep en het interfaceprofiel. Hierdoor kan het VM-domein op bepaalde bladinterfaces toegankelijk zijn. In wezen vertel je ACI waar Hypervisors voor dit VM-domein verbinding maken met de stof. Indien u er niet in slaagt de AEP te associëren, zal het blad zich nooit met de daarmee verband houdende EPG's programmeren. Verzeker u ervan dat de naam van het vCenter-datacenter exact overeenkomt met de naam van het vCenter.

   Dit getal toont de VM Controller Datacenternaam in APIC vs. vCenter.

   

2. Bind EPG op het VM domein.

   Tenants > Tenant X > Application Profiles > Application X > Application EPG’s > EPG X > Domain (VM’s en Baremetal)

   Deze taak stelt de EPG beschikbaar voor het VM-domein, dat alle VM's op de bijbehorende DVS-hosts omvat. De enige andere optie dan het kiezen van het VM Domain Profile is de plaatsing en resolutie directheid van het beleid te bepalen. Dit houdt in dat APIC ofwel de EPG en de bijbehorende configuratie onmiddellijk naar de bijbehorende AEP-bladzijden moet duwen, ofwel alleen wanneer een VM online komt en gekoppeld is aan die EPG/Port Group (On Demand). On Demand is de standaard- en voorkeurkeuze voor grondstoffenschalen.

   Dit getal toont hoe een VM Domain Associate aan EPG moet worden toegevoegd.

   

   Als alle vereiste taken zijn voltooid, is de configuratie voltooid.

VMware integratieverificatie

DVS wordt aangemaakt op vCenter. Zodra het VM domein wordt gecreëerd, zou de DVS in vCenter moeten worden gecreëerd. Om te verifiëren werd het gemaakt, van de VI client navigeer naar startpunt > inventaris > Netwerk. De DVS moet aanwezig zijn samen met de naam die aan de VM Provider wordt gegeven.

Problemen oplossen

Als u de DVS niet ziet die op vCenter zijn gemaakt, controleert u de fouten in de VM-netwerken > VM-domein sectie. De waarschijnlijke schuldige is een eenvoudige Layer 2-connectiviteit. Zorg ervoor dat het beheer EPG gekoppeld is aan de vCenter host de juiste BD gebruikt. Meestal is dit de inband BD.

EPG's geprogrammeerd op blad - Zolang de DVS wordt gecreëerd en u VM's heeft toegewezen aan de juiste EPG/Port-groep en de VM's heeft opgestart, dient u zowel de BD als de EPG te zien geprogrammeerd op de hypervisors verbonden bladeswitches.

Verifiëren

Connect met het blad via SSH. U kunt dit rechtstreeks of via APIC doen. Wanneer u een verbinding maakt met APIC, kunt u de DNS-naam bekijken in plaats van de bladnaam IP te bepalen en 'tab' gebruiken om de bladnaam te automatisch invullen.

admin@apic2:~> ssh admin@leaf101
Password:

leaf101# show vlan extended

 VLAN  Name                                     Status       Ports
 ---- ----------------------------------------- -------------------------------
 13   --                                        active       Eth1/1, Eth1/3
 21   VMM-Test:VMM-Test-BD                      active       Eth1/25
22   VMM-Test:VMM-Test-App:Test_DB             active       Eth1/25

 VLAN Type  Vlan-mode  Encap
 ---- ----- ---------- -------------------------------
 13   enet  CE         vxlan-16777209, vlan-4093
 21   enet  CE         vxlan-16646014
 22   enet  CE         vlan-305


leaf101#

Vanaf hier kunt u zien dat de BD correct op het blad met intern VLAN 21 geprogrammeerd is. Voor intrafabric-transport door deze BD gebruikt het systeem VXLAN 1646014. De insluiting VLAN (draadVLAN) is 305. Dit is het VLAN dat de host op de DVS Port Group zal zien. Dit is een van de VLAN's die uit de VLAN-pool in bijlage worden getrokken.

Controleer Visore voor de verwachte configuratie. In dit voorbeeld is de naam van de EPG 'Test_DB'.

Selectieknop voor Werkschema en probleemoplossing

Dit getal kan worden gebruikt voor een illustratie representatie evenals een checklist voor VM integratie.