Dit document beschrijft hoe u de CLI kunt benaderen via een Telnet- of Secure Shell-client (SSH) op een Cisco Content Security Applicatie.
Cisco raadt kennis van de volgende onderwerpen aan:
De informatie in dit document is gebaseerd op de volgende software- en hardware-versies:
De informatie in dit document is gebaseerd op de apparaten in een specifieke laboratoriumomgeving. Alle apparaten die in dit document worden beschreven, hadden een opgeschoonde (standaard)configuratie. Als uw netwerk live is, moet u de potentiƫle impact van elke opdracht begrijpen.
U hebt toegang tot de CLI van uw apparaat met een Telnet-client of een SSH-client. Het Telnet-protocol is echter niet versleuteld. Als u zich via Telnet bij uw apparaat aanmeldt, kunnen uw referenties eenvoudiger worden gestolen.
Cisco raadt aan dat alle productiemachines een SSH-client gebruiken. Bovendien is de standaard Microsoft Windows Telnet-client moeilijk te gebruiken. Door fabrieksgebrek, wordt Telnet gevormd op de beheerpoort.
Voltooi de volgende stappen om Telnet uit te schakelen:
Voltooi de volgende stappen om uw apparaat via SSH (poort 22) te kunnen gebruiken:
Voltooi de volgende stappen om uw apparaat via Telnet te kunnen gebruiken:
Revisie | Publicatiedatum | Opmerkingen |
---|---|---|
1.0 |
11-Jul-2014 |
Eerste vrijgave |