Cisco Unified Computing System (UCS) biedt verschillende diagnostische tools om te helpen bij het oplossen en bewaken van de omgeving. Tot deze gereedschappen behoren: opdrachtregel debug statements, syslog en SNMP (Call home is een ander diagnostisch/rapportagegereedschap). Syslog is het mechanisme voor processen en scripts om logingangen te schrijven. De bellers kunnen alle kenmerken van de logingangen volledig specificeren.
Een syslig-daemon in het systeem neemt loggen op en slaat deze op in een rotatiebuffer. Deze logbestanden kunnen intern worden bekeken of naar verzamelaars worden geëxporteerd. De meerdere verzamelaars kunnen door de configuratie worden gespecificeerd.
Cisco raadt u aan:
beschikken over een werkende kennis van Cisco UCS Server bladesoftware en hardware.
Wees bekend met de UCS Manager-toepassing.
Begrijp het effect en de implicaties van de verschillende opdrachten die in dit document worden beschreven.
Wees bekend met de UCS-componenten en -topologie. Raadpleeg het schema hieronder voor een typische oplossing.
De informatie in dit document is gebaseerd op Cisco UCS System.
Raadpleeg de Cisco Technical Tips Convention voor meer informatie over documentconventies.
De Cisco UCS Manager start de opslagdatum en zorgt ervoor dat deze actief is in beide UCS-verbindingen. Logs die door de processen in NXOS en UCS Manager zijn gegenereerd worden geëxporteerd naar dezelfde geconfigureerde externe verzamelaars.
Alle UCS Manager-gebeurtenissen worden opgeslagen in hetzelfde materiaal dat ze zijn gegenereerd. Zoals verwacht zal de passieve fabric interconnect minder logcellen genereren dan de actieve stof, maar sommige gebeurtenissen worden nog verwacht. Om het lezen van de logbestanden te vergemakkelijken, omvatten alle items van de UCS Manager de UCS hostname terwijl de NXOS-items de stof hostname bevatten.
Dit zijn een paar voorbeelden van situaties die een syslog-ingang zullen genereren:
DME-levenscyclusgebeurtenissen
Fouten
Ad-hocberichten
Door de BMC- en CMC-processen uitgevoerde gebeurtenissen
Dit is een typische topologie die met Cisco UCS wordt gebruikt:
Dit is de procedure:
Meld u aan bij Cisco UCS Manager.
Kies in het navigatiedeelvenster het tabblad Admin.
Uitvouwen fouten, gebeurtenissen en controlelampje en kies vervolgens Syslog.
Kies in het werkvenster rechts onder Bestand de optie voor de Admin-status.
Kies het alarmniveau in het uitrolmenu.
Klik op Wijzigingen opslaan.
Voor deze configuratieprocedure wordt aangenomen dat een syslogserver is geconfigureerd en in het netwerk werkt.
Meld u aan bij Cisco UCS Manager.
Selecteer in het navigatiedeelvenster het tabblad Admin.
Uitvouwen fouten, gebeurtenissen en controlelampje en kies vervolgens de optie Syslog.
Typ in het werkvenster rechts de optie Remote Server # in het IP-adres van de syslogserver en selecteer de gewenste niveaus en voorzieningen.
Klik op Wijzigingen opslaan.
U dient te beginnen met het zien van gebeurtenissen die zijn ingelogd op uw syslogserver en lokale bestanden op Cisco UCS.
Er is momenteel geen specifieke troubleshooting-informatie beschikbaar voor deze configuratie.